Het transcript dat je hieronder aantreft is gegenereerd met behulp van computertechnologie.
Hierdoor kunnen de namen van personen en partijen soms foutief zijn weergegeven.
Indien je een fout opmerkt kun je deze gemakkelijk verbeteren door op het bewerk-symbool (het potloodje) te klikken.
Tot slot gaan we naar de Raadsmonitor Sociaal Domein, die ter bespreking staat. Ik vraag mevrouw Raedts en mevrouw Timmermans naar voren te komen. We hebben geduldig gewacht tot dit moment. Maar dan hebt u ook wat. Nu gaat het gebeuren. Nee, nee, ik doel op het agendapunt, meneer Vogelaar. Het betreft de Raadsmonitor Sociaal Domein 2023. De raad heeft bepaalde doelen gesteld in de kadernota voor het sociaal domein. Dit domein is een breed en belangrijk terrein, dat onder andere jeugdhulp omvat, waarover we vanavond al gesproken hebben, en maatschappelijke ondersteuning. Het college verzamelt hierover voortdurend gegevens, die zijn verwerkt in een Raadsmonitor. Hiermee worden trends en ontwikkelingen zichtbaar, zodat de raad kan controleren of de gestelde doelen worden behaald. De Raadsmonitor wordt twee keer per jaar besproken in de Commissie Leven, vandaar dat het nu op de agenda staat. GroenLinks zal beginnen, en ik kijk even wie dat zal doen. Dat zal de heer Kerkhoff zijn. Aan u het woord.
Dank u wel, voorzitter. Ja, we hebben afgesproken om periodiek op de hoogte gehouden te worden in de commissie, en dat is heel goed om dat in het openbaar te doen. Daarnaast zit ik ook regelmatig aan tafel in de klankbordgroep sociaal domein, waar we ongeveer hetzelfde bespreken, weliswaar in een kleiner verband. Wat ons vooral bezighoudt, zijn de wachtlijsten in de zorg, de Wmo enzovoorts, en natuurlijk ook de jeugdzorg die vanavond al aan bod is geweest. We danken de opstellers voor het opstellen van de monitor, maar we hebben op dit moment geen concrete vragen, dus tot zover dank.
Ja, dank u wel, voorzitter. Dit is in elk geval een onderwerp waarop wij als CDA terug zullen komen bij de behandeling van de kadernota. Voor nu heb ik slechts twee kleine vragen. In hoeverre denkt u dat de stijging waarover wordt gesproken zich doorzet op alle domeinen? En worden er acties ondernomen om de gestegen uitgaven voor voorzieningen in bedwang te houden? Tot zover.
Wat we nu weten, is dat we verwachten dat er in ieder geval binnen de Wmo een stijging zal plaatsvinden. Binnen de andere twee domeinen, dus jeugd en participatiewet, stabiliseert het of neemt het misschien iets af.
Dat is het antwoord op mijn eerste vraag, wel te verstaan. Maar we verwachten dat de WMO een stijging gaat laten zien. En wat betreft de Participatiewet en de Jeugdwet, blijft het gelijk of gaat het misschien heel licht dalen. De aantallen. En voor de tweede vraag, of wij acties verwachten. Een soort taskforce om de kosten in bedwang te houden. Dan moet ik heel even naar Martin kijken, want dat weet ik niet. Of de acties komen om de kosten in bedwang te houden.
Dat wordt uiteraard gemonitord om te zien wat het met de kosten doet. Dat betekent ook dat we op een andere manier moeten gaan kijken naar hoe we voorzieningen inzetten; is de gevraagde maatwerkvoorziening altijd de oplossing? We moeten andere mogelijkheden overwegen, zoals het verwijzen naar voorliggende voorzieningen. We moeten hier nadrukkelijk naar blijven kijken: zijn we de juiste dingen aan het doen met de juiste oplossingen? Aan de andere kant moet er ook gekeken worden naar voorzieningen zoals bijvoorbeeld een informatiepunt. Dit kan ons helpen om de juiste vragen te stellen als het gaat over houding en gedrag. Is de gevraagde oplossing wel de juiste voor het probleem? Kunnen we het probleem vanuit een andere hoek benaderen? Dus vanuit dat perspectief wordt er zeker gekeken naar de mogelijkheden om de kosten in bedwang te houden.
Misschien als aanvulling, dan toch met betrekking tot de jeugd, hè? Want dat was ook de grootste stijger. We zijn natuurlijk nu volop bezig met de hervormingsagenda Jeugd. Een van de voornaamste doelstellingen van die hervormingsagenda is wel het krijgen van grip op de kosten. Of dat gaat lukken, is natuurlijk nog de vraag. Daar zijn we ook heel realistisch in, maar dat is wel een van de opdrachten. We zijn natuurlijk aan het investeren in de voorkant, zoals we dat al jaren doen. En dat blijven we doen, en dan gaan we ook intensiveren, waardoor het woord 'dus' volgt. En wat betreft de WMO, het nieuwe kabinet heeft in ieder geval aangekondigd – en de vraag is hoe dat in de praktijk vorm zal krijgen – dat ze zien dat de vergrijzing plaatsvindt en dat ze dus een deel van het gemeentefonds statelijk willen afzonderen, specifiek voor de WMO en dan ook gerelateerd aan een andere index in verband met die vergrijzing. Maar dat zijn nog de eerste plannen; hoe dat straks zal plaatsvinden, moeten we nog even afwachten. Als aanvulling.
Dank u wel, voorzitter. Nou, meneer Vogelaar noemde net al de behoorlijke stijging als we het over jeugd hebben. Dat viel mij, denk ik, als enige op: een stijging van 50% in jeugdcrisis ten opzichte van vorig jaar. Nou ja, ik vind dat wel opmerkelijk. Kijk, als je het hebt over een aantal mensen, dan zou je kunnen zeggen dat dit meevalt. Maar het gaat hier over jeugdcrisis, dus het valt niet mee. Misschien is dit een technische vraag, maar wat is de verklaring hiervoor? Want een stijging van 50% is wel een behoorlijke stijging, tot zover.
Ja, dank u wel, voorzitter. Bij een crisis gaat het inderdaad om enkele jeugdigen, en u ziet dat bij deze crisis aan enkele jeugdigen een crisismaatregel is opgelegd door de rechter. Deze crisismaatregel valt buiten de inkoop die wij, zeg maar, zelf hebben gedaan. We hebben een geschreven GIO waarin we eigenlijk wat meer doorlooptijden en termijnen hebben voor als een kind in een crisiszorg terechtkomt. Eigenlijk moet u al binnen drie weken een vervolgplek hebben. Deze maatregel is, zeg maar, opgelegd door de rechter, waardoor de doorlooptijd blijkbaar langer is. En die rechter zegt, laat ik het zo zeggen, dat dit kind zes maanden in deze crisiszorg moet blijven. Wat je als gemeente dan kan doen, is inderdaad betalen voor dit kind. Dat waren dus twee of drie kinderen die wat langer in de crisismaatregel zitten, waardoor de kosten wat toegenomen zijn en daardoor hoger uitvielen. Ja, en daarnaast neemt dat niet weg dat de complexiteit in de jeugdzorg ook is toegenomen. Dus we zien dat ook wel weer terug in het feit dat meer kinderen uiteindelijk ook in een crisis terecht zijn gekomen. De evaluatie rond de inkoop van crisiszorg gaat ook nog volgen, dus wellicht dat we dat daar ook terug gaan zien.
Ja, dank u wel, voorzitter. Nou, dan is het toch de avond van de jeugdzorg, volgens mij, want ook die heb ik hieruit gepikt. Je ziet daar stijgingen van de aantallen, maar ook dat ze vaker terugkomen en dat ze meer aan de achterkant dan aan de voorkant zitten. Dat zijn wel zorgwekkende ontwikkelingen. Ik denk dat we daar fors op moeten inzetten om dat om te buigen, want anders loopt het financieel de spuigaten uit. Dan zijn het niet één op de negen kinderen die in de jeugdzorg belanden, maar één op de acht of één op de zeven. Ik denk dat we daar flink aan moeten trekken.
Op pagina 14 wordt gezegd dat er een toename is van plus 77, terwijl er op pagina 17 staat dat er minder cliënten in de jeugdhulp zitten. Die vraag heb ik zo meteen: hoe moet ik dat lezen? En er staat ook dat het vervoer naar jeugdhulp fors toeneemt. Dat was eigenlijk de vraag: zijn dat om die bussers? Want er werd zojuist gezegd dat het leerlingenvervoer en andere doelgroepen betreft, maar zitten die in jeugdhulp dan ook weer in dat vorige agendapunt?
Het is in ieder geval positief te constateren dat wij een afname zien van het aantal jeugdigen met jeugdbeschermingsmaatregelen, zoals de ondertoezichtstelling. En het is goed te constateren, en dat hebben we in de recente raadsinformatiebrief mogen lezen, dat er aanpakken zijn voor het terugdringen van de oplopende wachttijden. Dus het is in ieder geval goed dat we ook in actiemodus komen. Maar ik denk dat er nog een paar tandjes bij kunnen.
Zover mijn constatering, voorzitter, en de vragen.
Op pagina 14 staat "plus 77", terwijl op pagina 17 "per saldo" vermeld staat. Zijn er minder cliënten met jeugdhulp in vergelijking met de voorgaande jaren? Ik kan het niet zien.
Ik stel voor dat we deze vraag schriftelijk beantwoorden, zodat we rustig kunnen kijken waar het om gaat. Anders gaat het te lang duren, en dat is ook niet prettig.
U had inderdaad ook een vraag over het vervoer. Het vervoer voor jeugdhulp neemt toe, en dat betreft het vervoer van jeugdigen naar een zorgaanbieder. Dit is ander vervoer dan het vervoer van leerlingen naar een onderwijsinstelling, waarvoor zij bevoegd zijn. Wat we zien, is dat de ambulante hulp toeneemt. Er is een verschuiving gaande waarbij enerzijds minder kinderen uit huis worden geplaatst en in een behandelsetting worden opgenomen. Steeds meer kinderen worden thuis opgevangen in een gezinsgerichte opvang. Hierdoor wonen minder kinderen in een instelling, maar worden ze meer thuis behandeld, waardoor de vraag naar ambulante zorg toeneemt. Dit betekent dat ook het vervoer vanuit huis naar de zorginstelling toeneemt, omdat deze ambulante zorg gekoppeld is aan het vervoer. De casuïstiek wordt complexer. We zien dat naast de ambulante indicatie er ook steeds vaker vervoer wordt gevraagd. Daarom neemt het aantal vervoersaanvragen toe.
Het gaat hier niet om omnibusvervoer. Nee, sorry, ik bedoel, dat is leerlingenvervoer. En het vervoer onder de Jeugdwet wordt in feite uitgevoerd door de zorgaanbieder zelf. Zij krijgen daarvoor een indicatie en vervoeren vervolgens de jongeren naar de betreffende locatie.
Ja, dank u wel. Die ene vraag zal dan schriftelijk nog beantwoord worden. Hebben we al geïnformeerd bij de SP of zij nog vragen hebben? Nee? Dat was een bespreekstuk, dus. Nou, vooruit, ga uw gang, mevrouw Van Dijck.
Goh, meneer de voorzitter, ik heb geen specifieke vraag, maar toch wel één, aangezien alles over de jeugd zo'n beetje gezegd is, denk ik. Wat mij wel opviel, was dat er 117 gevallen van recidive in de monitor stonden. Ik hoop oprecht dat er met die omgekeerde verordening beter gekeken wordt naar de mogelijkheden en dat er minder recidive voorkomt doordat er goed geluisterd wordt. Dat is eigenlijk wat ik me afvraag. Dus dat was de enige aanvullende opmerking die ik had, met betrekking tot bouwsteen twee.
Oké, geen vraag, maar wel een opmerking wat mij betreft. Voldoende, kijk even naar die kant. Nee, ook niet meer. Dan sluiten we dat punt hiermee af. Dank u wel voor uw inbreng.